De laatste tijd ben ik me helemaal aan het richten op communicatie, zowel social media* (SM) als geschreven communicatie. De training Sociale media en internettrends van het NIGZ heeft me de fijne kneepjes van het vak geleerd en mijn interesse verder aangewakkerd. Ik plaats regelmatig tips en nieuwtjes over de social media op twitter. Ik ben het overzicht inmiddels helemaal kwijt, dus heb ik alles bij elkaar gezocht en op een rijtje gezet. Deze blog gaat over SM in het algemeen: een aantal feiten over SM, de ontwikkeling, soorten gebruikers en een blik in de toekomst. De komende tijd zal ik ook specifiek aandacht besteden aan tips om met social media te beginnen, voorbeeld richtlijnen voor organisaties, Twitter, Facebook, LinkedIn en Google+. Houd dus vooral mijn blog in de gaten!
* Ik gebruik de Engelse schrijfwijze, omdat dit een meer gebruikte term is dan ‘sociale media’.
Maar nu eerst een filmpje want dat zegt soms meer dan woorden. Social media, de nieuwe realiteit.
Enkele feiten
Het gebruik van social netwerksites heeft de afgelopen jaren een stevige vlucht genomen. Hyves, Twitter, Facebook, Google+, Linkedin, Youtube; bijna elke Nederlander die online actief is, is verbonden aan één of meer netwerksites. Nederland neemt zelfs de leiding op zich van heel Europa: ruim 80 procent van de internetgebruikers in Nederland is actief op een social netwerksite, waarvan ruim 22% op twitter. Ook ik behoor tot die actievelingen, waarbij twitter mijn favoriete medium is. De korte berichtjes kosten me weinig tijd om te lezen, maar bevatten wel veel waardevolle informatie.
Wist je dat:
- als Facebook een land was, dat het qua bevolking het op twee na grootste land ter wereld zou zijn (na China en India)?
- op wikipedia meer dan 15 miljoen artikelen staan?
- er meer dan 200 miljoen blogs zijn?
- 25% van de zoekresultaten voor ’s werelds 20 grootste merken links zijn naar user generated content?
Nieuw communicatiemiddel
We kunnen er eigenlijk niet meer omheen. Social media is een nieuwe manier van communiceren. Eén die de bestaande middelen zoals magazines en kranten niet kan vervangen (kijk maar eens naar dit filmpje), maar wel één die van toegevoegde waarde is. Een compleet nieuwe manier waarop wij relaties aangaan met bedrijven, organisaties en elkaar, ontstaan omdat mensen nou eenmaal sociale wezens zijn en de technologie deze mogelijkheden biedt. De social media zijn nog niet volledig ontwikkeld. Er zijn verschillende tijdperken te onderscheiden, van de ‘era of social netwerksite’, waarbij mensen profielen aanmaken en informatie delen met anderen, tot uiteindelijk de ‘era of social commerce’, waarbij sociale netwerksites sterker zijn dan websites en merken en de community betrekken bij het ontwikkelen van producten. Er is dus zeker nog een slag te maken en ik ben benieuwd wanneer iedereen social media heeft geaccepteerd als nieuw communicatiemiddel. Klaar om een blik in de toekomst te wagen?
Voor ieder wat wils
Iedere social netwerksite bestaat uit verschillende componenten:
- identiteit (manier om mensen te identificeren, bijvoorbeeld met behulp van een aangemaakt profiel)
- aanwezigheid (manier om te zien of iemand online is)
- relaties (wie zijn zijn vrienden of professionele contacten?)
- gesprekken (manier om met elkaar te praten)
- groepen (het vormen van groepen op basis van interesses)
- reputatie (wat is de status van iemand op het sociale web?)
- delen (delen van informatie of media met andere gebruikers)
Elk social medium heeft een andere combinatie van componenten. De focus van twitter ligt bijvoorbeeld op het volgen van nieuwtjes (delen) en van LinkedIn op relaties. Hierdoor is er voor iedereen wat wils en kan je kiezen welke netwerksite het beste aansluit bij jouw behoeften. En daarbij raad ik je aan om liever actief op één social netwerksite te zijn, dan dat je meerdere profielen hebt aangemaakt en alles maar half doet. Op dit moment houd ik mij bezig met twitter, LinkedIn, facebook, youtube en google+, hier zal ik later nog op terug komen.
Naast het kiezen van een social medium dat het beste bij jouw wensen past, kan je ook zelf bepalen hoe je de social netwerksite van je voorkeur gebruikt. Zo heb je ‘spectators’, mensen die vooral meelezen met wat de ‘creators’ op het web creëren: blogs, websites, video’s en muziek. Daartussen in heb je nog de ‘joiners’, ‘collectors’ en ‘critics’.
Meer lezen over het ontstaan en het gebruik van sociale media? Lees dan eens deze twee papers van M.M. van Gaans, MSc Wat nou social media (juni 2011) en Samenleven met social media.
Hoe succesvol ben jij?
Ik ben elke dag op social netwerksites te vinden, vooral op twitter. Mij heeft het al veel opgeleverd, vooral in de vorm van informatie door gedeelde links. Pagina’s die ik anders niet was tegengekomen. Ook heb ik collega’s op een andere manier leren kennen, zoals die ene collega die fanatiek hardloper bleek te zijn. Op elk social media kanaal heb ik een andere doelgroep die ik voorzie van berichten over mijn werk en/of privé leven. Ik heb op dit moment 102 professionele contacten op LinkedIn, zo’n 60 volgers op twitter, 35 vrienden op facebook en één van mijn filmpjes op Youtube is 287 keer bekeken in een week tijd…
Tenslotte wil ik benadrukken dat hoewel het mijn ego enorm streelt als het aantal ‘volgers’ en ‘likers’ toeneemt, het niet alleen om de getallen gaat. Want wie zijn mijn volgers dan? Zijn het commerciële bedrijven of spamaccounts, of zijn het mensen die mij waarderen om wie ik ben en wat ik doe? Of je succesvol bent op SM, hangt niet alleen af van je aantal volgers. Joshua Leatherman schreef een blog over 5 Ways to measure the success of your social media strategy die ik jullie zeker kan aanraden.
De volgende SM blog zal tips bevatten over het gebruik van social media. Laat vooral een reactie achter als je aanvullingen hebt of tips, dan kan ik die verwerken in mijn volgende blog.